Antonín Dvořák was een componist, dirigent, altviolist en organist en wordt gezien als een van de grootste componisten van Bohemen en zelfs als een van de meest veelzijdige componisten van zijn tijd.

Dvořák was de eerste van negen kinderen en zou oorspronkelijk het familiebedrijf van zijn vader erven. Uiteindelijk kon Dvořáks leraar Liehmann zijn vader overhalen om Dvořak een musicus te laten worden, dus ging Dvořék naar de Praagse orgelschool, waar hij twee jaar lang lessen volgde. Hierna werd hij altviolist bij een klein orkest, maar bleef thuis ook nog doorstuderen op muziek. Hiernaast was hij ook druk bezig met componeren en hij zorgde ervoor dat hij daar meer tijd voor kreeg.

Dvořák trouwde met Anna. Met haar kreeg hij eerst drie kinderen, die allemaal stierven. Later kreeg hij met haar nog zes kinderen. In het begin hadden ze het niet zo breed, wat later veranderde, mede doordat Dvořák bevriend raakte met Brahms, die hem hielp zijn werk gepubliceerd te krijgen. Nadat zijn drie kinderen waren gestorven begon de Slavische periode van Dvořák. Hierna brak hij door in Engeland en heeft hij een aantal jaar in Amerika gewoond en gewerkt.

Tijdens zijn leven heeft Dvořák veel verschillende muziekstukken gecomponeerd. Hij was een veelzijdig componist. Hij heeft veel opera’s geschreven, zijn eerste opera heette Alfred. Alfred is tijdens zijn leven alleen nooit uitgevoerd. Zijn laatste opera en meteen zijn laatst gecomponeerde werk was de opera Armida. Naast opera’s heeft Dvořák ook veel andere soorten muziek gecomponeerd, waaronder het stuk Stabat Mater, dat hij schreef na de dood van drie van zijn kinderen. Tijdens zijn tijd in Amerika componeerde hij Symfonie no. 9 in e-mineur “Uit de Nieuwe Wereld’’, wat een van zijn vele populaire symfonieën is.

Dvořák was dus een erg veelzijdige, succesvolle componist en heeft veel verschillende werken gecomponeerd. Via onze site kun je de bladmuziek van zijn veelzijdige oeuvre in huis halen!